Natuurpark Serras de Aire e Candeeiros, Leiria

Het wordt wel eens één van de zeven natuurlijke wonderen van Portugal genoemd en is dan ook zeker een bezoek waard. Je kunt een gedeelte van de grot bezoeken, hiervoor daal je 638 treden naar beneden af. Eenmaal beneden sta je in een wereld van stalactieten en stalagmieten. De route neemt je mee langs ondergrondse meertjes en watervallen. Onder leiding van een gids bezoek je de diverse zalen en galerijen in de grot. Wees gerust: je hoeft de trappen niet weer op naar boven, hiervoor is er een lift.

In het zuidoosten van het park stroomt de belangrijkste waterbron van Portugal: Olhos d'Água. Door het Alviela-aquaduct is het sinds 1880 ook de waterbron van Lissabon. Je kunt een mooie wandeling maken rondom dit helderblauwe water. Het wordt omgeven door veel groen met grote rotspartijen. De bewegwijzerde wandelroute is ongeveer twee kilometer lang. Dit is ook de plek waar het informatiecentrum over het natuurpark staat, twee vliegen in een klap.

Of je nu houdt van kortere wandelingen of dat je graag lange afstanden loopt, het is allemaal mogelijk in natuurpark Serras de Aire e Candeeiros. Er zijn zestien verschillende wandelpaden, die door een groot gedeelte van het park lopen. Wandel langs de vele kalksteengrotten en bewonder er een paar van binnen. In het park vind je meer dan zeshonderd verschillende planten. Opvallend zijn de vele chouços, typische stenen muurtjes, die overal opduiken. Deze werden vroeger gebruikt om grond te verdelen en vee te verzamelen.

Op deze plek, midden in het park, zijn de zeldzame voetsporen van dinosaurussen gevonden. Het is een beetje een verlaten plek en je moet even zoeken voordat je het hebt gevonden. Zodra je de pootafdrukken eenmaal ziet is het wel bijzonder. In totaal zijn er zo'n 20 afdrukken ontdekt bij een voormalige steengroeve, waarvan de grootste zo'n 95 centimeter lang en 60 centimeter breed zijn.

Deze plek is een bijzonder geologisch fenomeen, omdat het lijkt op een natuurlijk amfitheater. Deze is miljoenen jaren geleden, door erosie, ontstaan. Je kunt met de auto naar deze Fórnea rijden. Als je bij het dorpje Alcaria begint met wandelen, is het nog zo'n twee kilometer lopen.

De eerste koning van Portugal, Dom Afonso Henriques (ook wel Alfons I genoemd), heeft vanaf de vijftiende eeuw in Castelo Porto de Mós gewoond. Hij heeft het kasteel veroverd van de Moren. Na zijn dood begon het kasteel te vervallen en pas honderden jaren later is het deels gerestaureerd. Duik in de geschiedenis van het koninklijk huis en bezoek de verschillende de kamers van het kasteel.

In het zuiden van het natuurpark, vlakbij het plaatsje Rio Maior, maakt de natuur plaats voor witte zoutpannen. Niet iets dat je direct verwacht op een plek zo’n dertig kilometer van zee. Er wordt hier sinds 1979 jaarlijks zo'n 2000 ton zeezout geproduceerd. Deze ondergrondse zoutlaag is al miljoenen jaren geleden ontstaan. Bekijk het proces van winning en kijk rond bij de zoutmijn. Hier staan allerlei houten huisjes, die vroeger als opslag gebruikt werden. Nu zijn de meeste van deze huisjes omgebouwd tot sfeervolle restaurants en cafés. Je kunt hier het zeezout en diverse regionale producten kopen.